Marente de Moor wint AKO Literatuurprijs

AMSTERDAM – De Nederlandse schrijfster Marente de Moor heeft de AKO Literatuurprijs 2011 gewonnen met haar boek De Nederlandse maagd.

Dat maakte juryvoorzitter Ernst Hirsch Ballin maandagavond bekend in het recent heropende Scheepvaartmuseum in Amsterdam.

De Moor ontving een sculptuur van Eugène Peters en een cheque ter waarde van 50.000 euro.

Naast De Moor dongen vijf andere schrijvers mee naar de prestigieuze literatuurprijs, die dit jaar voor de 25e keer werd uitgereikt:

Jeroen Brouwers met Bittere bloemen, Peter Buwalda met Bonita Avenue, Arnon Grunberg (Huid en haar), Marja Pruis (Kus me, straf me) en P.F. Thomése (De weldoener).

Subtiele roman

De jury sprak over een ”subtiele en zinnelijke roman over de littekens die een oorlog achter kan laten, met een zeggingskracht die nu nog relevant is.” De Nederlandse maagd gaat over Janna, een jonge Nederlandse schermster, en speelt zich af in de jaren 30.

Het is de tweede roman van De Moor, die na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie acht jaar in Rusland heeft gewoond. Ze werkte er onder andere als verslaggever voor De Groene Amsterdammer.

In 2007 verscheen haar debuutroman, De overtreder. Marente is de dochter van schrijfster Margriet de Moor, die de AKO Literatuurprijs won in 1992 voor haar boek Eerst grijs dan wit dan blauw.

Tiplijst

De jury had uit een aanbod van ruim 400 Nederlandstalige boeken in het genre ‘literair proza voor volwassenen’ eerst een selectie gemaakt van 25 titels voor de ‘tiplijst’. Daarvan verschenen zes boeken uiteindelijk op de ‘toplijst’.

De AKO Literatuurprijs is een van de belangrijkste literaire prijzen van Nederland en wordt uitgereikt sinds 1987.

Voor de prijs komen boeken in aanmerking die zijn verschenen tussen 1 juli van het jaar waarin de prijs wordt uitgereikt en 1 juli van het voorgaande jaar. De afgelopen twee jaar wonnen Vlamingen de prijs: Erwin Mortier en David Van Reybrouck. Dit jaar waren geen Vlamingen genomineerd.

2 november 2011

Bernard Dewulf wint na Libris Literatuur Prijs nu ook De Inktaap

De tiende editie van De Inktaap is gewonnen door Bernard Dewulf met “Kleine dagen”, een verzameling van zijn columns. Eerder kreeg Dewulf voor hetzelfde werk al de Libris Literatuur Prijs. De winnaar werd aangeduid door 2.500 jongeren uit het Nederlandse taalgebied.

Voor De Inktaap, een initiatief van de Nederlandse Taalunie, maken jongeren een keuze uit de winnaars van de drie “grote” literaire prijzen in het Nederlandse taalgebied.

Dit jaar waren dat “Kleine dagen” van Bernard Dewulf (Libris Literatuur Prijs), “Godenslaap” van Erwin Mortier (AKO Literatuurprijs) en “’s Nachts komen de vossen” van Cees Nooteboom (winnaar Gouden Uil).

“Kleine dagen” is een verzameling korte verhalen waarin Dewulf, voormalig columnist van De Morgen en journalist, beschrijft hoe hij het vaderschap ervaart. “Dewulf is hier groots. Zoals de hooggegrepen hakken van de dochter haar metamorfose dragen, zo tilt de auteur de alledaagse dingen naar een hoger, universeler niveau”, looft de jury.

De Inktaap werd dinsdag uitgereikt op een feestelijke slotdag in deSingel te Antwerpen. De deelnemende scholieren konden de auteurs ontmoeten en interviewen en konden ook debatteren over de genomineerde boeken.

Verder waren er toespraken van onder meer Vlaams ministers Pascal Smet en Joke Schauvliege en optredens van Stijn en dichter Stijn Vranken.

01 maart 2011

Algemeen Eerste Literaire Prijs René Pechère voor Nederlandstalige boeken over tuinkunst

Met een bronzen trofee van de Tervurenaar Tom Frantzen heeft de René Pechère Bibliotheek voor het eerst Nederlandstalige literatuur over tuinkunst bekroond. In 2008 en 2010 ging de Prijs René Pechère nog uitsluitend naar boeken in het Frans.

E erst geven we de prijzen mee die zopas werden uitgereikt, dan een beetjepetite histoire.

Negen juryleden selecteerden onder voorzitterschap van initiatiefnemer en erfgoedonderzoeker Herman Van den Bossche vorig jaar vijf boeken voor de eerste Nederlandstalige literaire prijs René Pechère voor tuinkunst, en dat begrip gaat heel breed. Ze kozen uit een longlist van 34 boeken, die niet langer dan vijf jaar uitgegeven zijn. Vier genomineerde boeken kwamen uit Nederland, één uit België. Of: twee met een Europese blik en drie met een beperkte invalshoek. Of nog: twee historische boeken en drie werken over landschapsarchitectuur. Eén boek was enkel in het Nederlands verschenen, de overige zijn in twee tot zes talen uitgegeven. Kortom, verscheidenheid troef.

Laureaat 2011 werd de biografie J.T.P. Bijhouwer (1898-1974) – Grensverleggend landschapsarchitect van de hand van Gerrie Andela (uitg. 010, 2011). Andela portretteert hierin op een wetenschappelijke én toegankelijke manier een van de invloedrijkste Nederlandse tuin- en landschapsarchitecten. Bijhouwer, vooral bekend van zijn beeldentuin bij het Kröller-Müller Museum (1955-1964), trok als jonge botanicus met een tentje naar Amerika om planten te verzamelen, en bracht het tot eerste hoogleraar in zijn vak aan de befaamde Landbouwhogeschool in Wageningen en aan de Technische Universiteit Delft. Als groenconsulent en stedenbouwkundige heeft hij de moderne tuinkunst mee vormgegeven. Zijn persoonlijk werkarchief bestond niet meer – een deel ging in de oorlog in vlammen op –, waardoor een lijvige monografie zeer welkom was. Andela mocht de trofee van Frantzen naar Nederland nemen, een bronzen palmtakje dat een discus door­prikt.

Daarnaast kregen twee boeken een ‘speciale vermelding’. Het gaat om het Nederlands/Engelse Lexicon van de tuin- en landschapsarchitectuur, een verklarend vakboek met leerrijke essays als toemaatje, van Meto J. Vroom (uitg. Blauwdruk, 2005/2010), en om de monografie Hex, een prinselijk landgoed ontsluierd van Chris De Maegd (uitg. Mercatorfonds, 2007). Een tuinkunstboek vol oude illustraties en hedendaagse foto’s van het achttiende-eeuwse Limburgse landgoed, en voor de jury een echt ‘koffietafelboek met inhoud’. Dus toch ook iets van een Vlaamse erkenning.

Daarnaast stipte de jury On site – Landschapsarchitectuur in Europa aan, met tien essays en een portret van 47 recente projecten van landschapsarchitectuur in Europa (uitg. Blauwdruk, 2009), geschreven door het internationale schrijverscollectief Collectief. Ook een stip kreeg de Nederlands/Engelse catalogus bij een tentoonstelling uit 2008 in het paleis Het Loo (Apeldoorn):Landschappen en verbeelding. Vormgeven aan de Europese traditie van de tuin- en landschapsarchitectuur 1600-2000 (uitg. NAi, 2008), rijkelijk geïllustreerd met tuin- en parkprojecten van 1593 tot 2007.

Tot zo ver de prijzen, nu nog even over de René Pechè­re Bibliotheek zelf. Een Hollands paard krijgt de hik mocht het weten dat tuinkunst en -aanleg en landschapsarchitectuur in Brussel ‘taalgerelateerd’ zijn. Het is een oud zeer dat de ‘francofoon’ georiënteerde Bibliothèque Pechère (het Nederlandse luik vanhttp://www.bvrp.net blijft maar ‘in aanbouw’) niet ressorteert onder het tweetalige Brussels Hoofdstedelijk Gewest, maar voor subsidiëring is doorgeschoven naar de Cocof, zeg maar het parlement van de Franstalige Brusselaars. Voor alle duidelijkheid: de Cocof ontfermt zich alleen over instellingen onder de vleugels van de Franse Gemeenschap. De vereniging die voor haar werkterrein ‘tuinkunst en landschapsarchitectuur’ onderdak kreeg bij het Civa (het internationaal centrum voor de stad, de architectuur en het landschap in de Elsense Kluisstraat), wil zich sinds enkele jaren meer in de kijker werken. Na de tuin­architectuurwedstrijd voor de Brusselse overheid en het open weekend Tuinen in feesttooi (in de herfst) is er sinds het herdenkingsjaar van de honderdste verjaardag van landschapsarchitect René Pechère (2008) ook een literatuurprijs. Dat Franstalige tuinboeken (dus niet enkel Belgische) bekroond werden door de Bibliotheek, was mooi, maar kon niet blijven duren. Er werd beslist om ook maar een Nederlandstalige literaire prijs uit te reiken. (Belangrijk om te weten is dat de vereniging een deeltijdse werkkracht bij de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) hoopt te krijgen.)

Het archief- en onderzoekscentrum moet tegen 2014 weg uit het Civa. Beide instellingen barsten uit hun voegen en zoeken naar nieuwe open ruimte.

3 februari 2012